serieblog met JB2-coach Tom Pijpers
Wat we kunnen leren over leiderschap van drie coaches uit de tophockeysport? In een reeks gesprekken onderzoekt Nathalie de Man van onze topjeugdsponsor Kern Konsult de rol en visie van hockeycoaches in de topsport. Met hdm JB2-coach en H1-trainer van Cartouche Tom Pijpers spreekt ze over investeren in vertrouwen en het optimaliseren van de rolverdeling om een team op scherp zetten voor een topprestatie.
Als je Tom ontmoet zie je allereerst een rustige man. Maar als je in zijn ogen kijkt, dan zie je nog iets heel anders. Een enthousiaste twinkeling, die een prettige fanatiekeling verraadt. Fanatiek voor een spelletje, enthousiast om leiding geven aan hockey op hoog niveau.
Onze ontmoeting begon met een warming-up via WhatApp, na een app van Tom, een linkje van een kort filmpje waarin het coachen van Louis van Gaal en Willem van Hanegem werd vergeleken. Nadruk op kennisoverdracht (van Gaal), of eerst aanspreken op intrinsieke motivatie (van Hanegem)? En als die intrinsieke motivatie zo belangrijk is, wat doet van Gaal daar dan mee, naast die kennisoverdracht? Hij heeft immers veel successen behaald…. Hoe geef je succesvol leiding aan een team?
‘In het veld moeten ze het samen doen en sta je als coach aan de zijlijn. Hoeveel invloed heb je op het team? Wat zijn de knoppen waaraan je draait?
'Waar je invloed op hebt is hoe je start met een team, de structuur van waaruit je werkt, samenstelling van je team (je selectie), de samenwerking binnen het team en met het team, de trainingen (de arbeid die je daar verricht en wat je denkt nodig te hebben) en de visie van waaruit je werkt.’ We zijn al snel in gesprek over een aantal van deze zaken.
Investeren in vertrouwen
‘Als een team nieuw voor je is, ga je eerste kijken of het kan passen. Wat heeft dit team nodig? Sluit mijn persoonlijkheid en hoe ik werk aan bij de omstandigheden? Als het antwoord ja is, consulteer ik mensen binnen de club, bijvoorbeeld de vorige coach. Wat zijn de do’s en don’ts hier? Je zorgt dat je geïnformeerd wordt over ontwikkelingen, valkuilen, ervaringen. En dan begin je met het lezen van je spelers. In het begin zullen ze nog gemakkelijk naar je luisteren. Ze zijn nieuwsgierig naar wie jij bent als coach. Dan is het belangrijk om echt contact te maken. Veel tijd besteden aan 1 op 1 gesprekken. Je hebt te investeren om vertrouwen te krijgen in elkaar.'
'Als je die basis van vertrouwen hebt gelegd kun je aan het werk, dan kun je aan de structuur gaan werken en veranderingen door gaan voeren.’ Daarbij vraagt Tom ook de input van de spelers. Hij wil ze horen. Ze moeten meedoen…!
Structuur in het seizoen
‘Je werkt met een bepaalde opbouw in de loop van het seizoen. Eerst ben je na de zomer weer het gevoel aan het krijgen. Veel techniek oefenen. Kleine oefeningen om in te komen. Herhalen waar we vorig jaar gestopt zijn. Dan ga je kijken hoe ze spelen. Je maakt een soort 0-meting. En van daaruit ga je een plan maken voor de verdere opbouw.’
Op scherp voor topprestaties
‘Welk ritme breng je aan in de weektrainingen, besprekingen en het toeleven naar de wedstrijd? En wanneer wijk je van dit ritme af? De tijd, plaats en vorm van de besprekingen kan variëren afhankelijk van het belang van de wedstrijd. Bij een gewone wedstrijd ligt de nadruk op het mentale deel. Je wilt dat de spelers met voldoende spanning, alertheid en gretigheid het veld op gaan. Scherp zijn vanaf de eerste minuut.'
'Bij een belangrijke wedstrijd werkt het anders. Er zit al veel spanning in de groep. Je wilt nu juist iets meer ontspanning organiseren, om overconcentratie of eventuele belemmerende zenuwen te voorkomen en maakt het mentale deel klein, concentreert op praktische dingen die ontspannen. Je wilt dat ze hun hoofd leeg maken.'
'Je wilt op zondag die topprestatie. Maar je kunt niet altijd pieken. In de aanloop naar de wedstrijd, door de week heen, ben je aan het aanvoelen, maak je contact met de spelers. Hoe zitten ze erin? Soms in aanloop naar de wedstrijd wil je een speler die vrijdag niet goed traint extra op scherp hebben. Als je één speler op vrijdag heel hard aanpakt, is de kans groot dat hij top speelt op zondag. Maar dat kun je moeilijk bij iedereen doen, en zeker niet iedere week. Dat werkt weer niet.’
‘Ik train een team, en moet invallen als coach terwijl ik de mannen twee weken niet gezien heb. Ik begin met vragen stellen. Wat hebben jullie gedaan? Ik maak ze actief, zorg dat ze in hun hoofd al met het spel bezig zijn. Ik check of de strategie overeenkomt met wat ik heb doorgekregen van de collega-coach. Als het antwoord niet strookt, ga ik doorvragen. De boel op scherp zetten, proactief maken. Hun enthousiasme voor het spel aanspreken, de wens om te presteren prikkelen zodat ze al warmlopen.'
Optimaliseren van de rolverdeling
‘De basis wordt gevormd door de samenstelling van je team en de werksfeer die er wordt gecreëerd.’ Belangrijk uitgangspunt voor Tom is dat iedere speler een eigen rol heeft in het proces.
‘Het team moet weten wat ze aan elkaar hebben. Om dat op het veld te weten, investeer je ook naast het veld in elkaar. Je gaat een weekend weg. Dan krijgen bijvoorbeeld de rechtsachter en rechts midden samen een opdracht die ze tijdens een boswandeling moeten uitvoeren. Ze worden uitgedaagd om met elkaar iets te doen. In het veld zijn ze dat tenslotte ook.'
'In zo’n weekend doe je alles samen. Opruimen, afwassen. En ondertussen ben je aan het kijken, aan het lezen. Wie neemt de leiding, wie neemt verantwoordelijkheid? Wie heeft de grote mond, wie is de stille Willie? Vaak is dat beeld een kopie van wat er op het veld gebeurt. En dan kan je bewust gaan sturen. In de schema’s die je maakt zorg je voor combinaties die elkaar uitdagen en waar nodig spreek je mensen aan op hun gedrag. Veranderingen en ontwikkelingen hierin ga je ook op het veld terugzien.'
'Als er op enig moment in het seizoen onenigheid is in het team, speel je daarop in. Je bent altijd aan het werk met de balans in het team. Die is essentieel. Soms intervenieer je in de groep, soms richting een individuele speler. Hoe hechter het team, hoe sterker ze zijn in de wedstrijd. Vooral als er spanning op komt is dat wat je nodig hebt: de bereidheid om voor elkaar te werken.’
'Als iemand zit te slapen, ben ik niet te beroerd om hem aan te pakken. Ik wijs hem erop dat hij niet oplet, maar geef hem geen kans om zichzelf direct te corrigeren. Negeer hem, laat hem even zweten. Om pas later weer contact te maken.'
Vragen en bespreekbaar maken
‘De tactiek bepaal je samen met het team. Je wilt ze meenemen in jouw gedachten. Is het deze wedstrijd aan de orde om de tegenstander vast te zetten? Leg je die zaken aan het team op?’ Tom is geen directief type. Hij weet wat hij wil, maar kijkt ook naar het team. Zaken bespreekbaar maken. Vragen. Veel vragen stellen. Dan de lijnen uitzetten.
Schakel met de club
‘Voor wat betreft de visie werk ik met een aantal zaken die ik in mijn hoofd heb. Dan kijk ik naar de groep. Waar zitten aangrijpingspunten? Wat zit er in het team? Waar kan ik komen met ze? Met het bestuur deel ik die visie. Wat zien zij aan stappen? Want vergeet niet, als coach ben je altijd een passant. Je bent er 2, 3 jaar. Je schakelt met de club. Daar zit de historie, en daarmee ook een hele DNA-structuur waar je mee te maken hebt. Daarin moet je als coach ook passen, anders werkt het niet.’
De grenzen van je invloed
‘Niet op alles heb je grip. Het blijft een organisch geheel, het team. Als je weet wat er in de groep leeft kun je veel voelen aankomen. Zo nodig kun je proberen iets te doorbreken of de mindset te beïnvloeden. Door te praten. Je eigen ervaringen te delen. Maar uiteindelijk is het niet geheel maakbaar. En ook een eenzame job. Je bent alleen in jouw rol. En coaches onderling hebben eigenlijk maar heel beperkt contact. Er wordt weinig tijd genomen voor ‘coach de coach’.’
Bekijk de derde aflevering van serieblog met Mark Halfmouw hier
Bekijk de tweede aflevering van serieblog met Nicky Tellier en Lennard Poillot hier
Bekijk de eerste aflevering van de serieblog met Jeroen Groenheijde hier